Oscars, altijd wat…

0
2384

Twee zaken zijn er in filmland altijd zeker. Er is ieder jaar een Oscaruitreiking en ieder jaar zijn er wel weer spraakmakende schandalen, rellen en smeuïge roddels. Dat is nooit anders geweest en zal ook nooit anders worden. En het is altijd maar weer afwachten wat de speeches in petto hebben.

Afhankelijk van wanneer u dit artikel leest komt de Oscaruitreiking er nog aan op 5 maart of is hij net geweest. Alle grote filmprijzen die aan het begin van het jaar uitgereikt worden lijken een opmaak te zijn voor dat ene gouden beeldje, de Academy Award ofwel de Oscar. Winnaars van onder andere de Golden Globes, de Director’s Guild Awards, Screen Actor’s Guild awards en Producers Guild awards, die allen vóór de Oscaruitreiking uitgereikt worden, zijn uiteraard blij met hun onderscheiding maar inherent daaraan verbonden is altijd dat ze daarmee hun kans op een Oscar vergroten. Naast een prestigieuze filmprijs is de Oscar immers ook een bevestiging voor de (commerciële) plaats die een acteur, actrice of regisseur in Hollywood inneemt en maakt hem of haar ‘bankable’ voor toekomstige filmprojecten. Daarbij komt ook het circus van de rode loper en wie er wel of niet in de zaal zitten. Het is een jaarlijkse poppenkast met veel uiterlijk vertoon van hele dure, breed lachende poppen die inmiddels 78 jaar teruggaat.

In 1927 ging het er alleen wel anders aan toe. De Oscar droeg nog de originele naam “The Academy Award Of Merit” en de prijzen werden uitgereikt tijdens een slechts 15 minuten durend banket. Het Oscar beeldje werd ontworpen door Cedric Gibbons, artistiek directeur van MGM, en stelde een ridder voor met een kruisvaarders zwaard op een filmreel. Volgens de overlevering is de naam Oscar afkomstig van secretaresse Margret Herrick die opmerkte dat het beeldje sprekend leek op haar eigen oom Oscar. Die bijnaam werd door de Academy met ingang van 1934 officieel ingevoerd. Sinds 1949 zijn alle Oscarbeeldjes individueel genummerd en er worden er nu jaarlijks vijftig gemaakt voor R.S Owens in Chicago. Als ze niet voldoen aan de hoge kwaliteitseisen worden ze direct weer in tweeën gezaagd en vervolgens omgesmolten om te voorkomen dat ze op de zwarte markt belanden. De Academy zelf draagt ook zorg voor het behoud van hun gouden knaap. Als een Oscarwinnaar besluit afstand te willen doen van zijn beeldje dan moeten ze het voor een symbolische bedrag van 1 dollar terugverkopen aan de Academy. Ondanks deze maatregelen zijn er in de loop der jaren hier en daar nog wel eens Oscarbeeldjes opgedoken op veilingen, waaronder van Clark Gable en Bette Davis. In beide gevallen was het regisseur Steve Spielberg die de beeldjes kocht en weer terugbracht naar de Academy.

De speech

Het moment suprème is altijd weer de speech die winnaars houden wanneer zij hun beeldje in ontvangst nemen. In de loop der jaren is er heel wat voorgevallen, van tenenkrommende uitlatingen tot politieke boodschappen. Na het roemruchte blote borst incident van Janet Jackson in de pauze van de Superbowl in 2004 is er tegenwoordig voor de live uitzending van Oscars een uitzendvertraging van vijf seconden zodat de regie kan ingrijpen wanneer het misloopt.
De langste speech ooit kwam van actrice Greer Garson die een Oscar won voor haar hoofdrol in Mrs. Miniver (1942). Ze bleef 5 minuten en 15 seconden aan het woord en die speech zou haar nog jaren achtervolgen in Hollywood. In tegenstelling tot Carson hielden Clark Gable, voor It Happened One Night (1934), en Alfred Hitchcock, voor zijn Irving G. Thalberg Award, het heel kort. Ze pakten het beeldje, zeiden “Thank you” en verdwenen van het podium.

De Oscarspeech is natuurlijk een uitgelezen kans om iets uit te halen. Zo verscheen in de live uitzending van 1974 ineens de spiernaakte 33-jarige Robert Opal in beeld die opriep tot wereldvrede en langs de camera’s rende, die meteen wegdraaiden om toch vooral te voorkomen dat Opal met zijn hele zaakje de wereld overging. Het was hilariteit ten top en de oer-Britse en nuchtere acteur David Niven, die op dat moment op het podium stond verkondigde: “Just think: the only laugh that man will probably ever get is for stripping and showing off his shortcomings.”
Voor de toen 72 –jarige Jack Palance was het winnen van de Oscar voor City Slickers in 1991 aanleiding om nog even te laten zien hoe fit hij nog was en draaide volledig door. Hij ging liggen en begon zich op één arm op te drukken en blies daarmee op zijn oude dag zijn carrière nieuw leven in. Roberto Benigni deed daar in 1997 nog een schepje bovenop toen hij zijn Oscar won voor La Vita e Bella en als een bezetene wild gebarend op de stoelen ging staan en als een klein kind rondsprong.

Kont tegen de krib

De Oscars behoren net als de Olympische Spelen vrij te zijn van politiek en behoren geen podium te zijn voor gevoelige en gepeperde uitlatingen. En toch is daar niet aan te ontkomen. Anno 2006 is er alweer heel wat te doen over het toekennen van een Oscarnominatie aan de Nederlands-Palestijnse productie Paradise Now. Regisseur Hany Abu Assad werd nogal boos omdat de film voor Palestina uit zou moeten komen maar de Academy de nominatie toekende aan de Palestijnse Autoriteit en daarmee de Palestijnse staat niet erkende.

In 1999 werden de Oscargemoederen in beweging gebracht toen regisseur Elia Kazan een ere onderscheiding kreeg voor zijn hele oeuvre. Maar Kazan had in de jaren vijftig meegewerkt aan de communistenjacht van de beruchte senator Joseph McCarthy en zijn House Committee on Un-American Activities (HUAC) waardoor een reeks mensen uit Hollywood op de zwarte lijst waren gekomen en hun carrière vaarwel konden zeggen. Er waren dan ook luide protesten toen Kazan werd voorgedragen en bij de uitreiking zelf bleven velen zonder te applaudisseren in hun stoel zitten toen hij de prijs in ontvangst nam. Kazan nam daarop de Oscar in ontvangst en verdween snel weer van het podium.

Acteur George C. Scott zag de Oscaruitreiking als een twee uur durende vleesmarkt en weigerde in 1971 dan ook de Oscar voor zijn hoofdrol in Patton. Terwijl actrice Goldie Hawn bekend maakt dat Scott de Oscar had gewonnen zat hij zelf thuis in New York op televisie naar een ijshockeywedstrijd te kijken. Hij was de eerste die zijn Oscar weigerde.

In 1973 was het weer raak want toen weigerde Marlon Brando zijn Oscar voor de hoofdrol in The Godfather. Brando maakte er helemaal een circus van en liet ene Sacheen Littlefeather opdraven met een verklaring over de wijze waarop er met indianen in Amerika en in Hollywood werd omgegaan. Daarbij refereerde ze ook aan de indianenopstand in Wounded Knee in dat zelfde jaar. De gebeurtenis drukte een stempel op de hele avond en Clint Eastwood vroeg zich af of hij de Oscar voor Beste Film moest opdragen aan “all the cowboys shot in John Ford westerns over the years.” Michael Caine maakte later die avond ook zijn ongenoegen kenbaar en richtte zijn pijlen op Brando. Hij vond het maar laf dat Brando een arm indiaans
meisje al het boe–geroep over zich heen had laten krijgen. De affaire kreeg later nog een pikant tintje toen bleek dat Littlefeather eigenlijk een actrice was met de naam Maria Cruz die in 1970 nog verkozen was tot Miss American Vampire. Ze zou na het Oscarschandaal ook nog in Playboy verschijnen maar verdween daarna van het podium.

Een echt politiek kruidvat ontstond er in 1975 toen Burt Schneider en Peter Davis wonnen met hun anti-Vietnam documentaire Hearts and Minds en bij hun speech een telegram voorlazen van een Vietcong leider: “Please transmit to all our friends in America our recognition of all they have done on behalf of peace for the application of the Paris Accords on Vietnam.” Het telegram sloeg in als een bom en toeschouwers belden woedend naar NBC waarop Frank Sinatra door de Academy werd gevraagd om in de uitzending een verklaring af te leggen. Dat deed hij: “We are not responsible for any political references made on this program tonight, and we are sorry that they are made.” Dat was de eerste keer dat de Academy zich officieel distantieerde van politieke propaganda. De schrik zat er dan ook goed in toen Tim Robbins en Susan Sarandon in 1993 tijdens hun presentatie wezen op het lot van een paar honderd Haitianen met Aids in Guantanamo Bay. En bij Michael Moore’s Bowling for Columbine en Fahrenheit 9-11 sloeg de organisatie de angst helemaal om het hart. Hij nam in 2003 bij het winnen voor de Oscar voor Bowling for Columbine dan ook geen blad voor de mond.

Dat de Academy dit jaar dus een nominatie uit liet gaan naar de Palestijnse Autoriteit voor Paradise Now en niet naar de Palestijnse staat is dan ook een ongekend politiek statement. Maarja het is ieder jaar wel wat bij de Oscars. Het moet immers ieder jaar ook weer interessant blijven en voor velen is het een manier om te laten zien dat ze nog meetellen in Hollywood. Ook dit jaar weer.

Constant Hoogenbosch
©Movie Machine 2006

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Please enter your comment!
Please enter your name here